Het is tijd om de misvattingen de wereld uit te helpen. Samen met Patrick van de Werken, senior director bij Nutanix zetten we de vijf grootste op een rij.
1. Een hybride cloud opbouwen is complex
Het opzetten van een hybride omgeving wordt vaak als lastig gezien. Onterecht, stelt Patrick van de Werken. "Vooral als bedrijven stappen zetten richting een converged infrastructuur of hyper converged infrastructuur in hun datacenter, zijn ze al goed op weg om veel van de complexiteit weg te nemen. Zeker vergeleken met een traditionele drie-tierarchitectuur, waarbij nog van aparte server-, storage- en netwerklagen gebruik wordt gemaakt."
Misschien wel ongemerkt zitten deze organisaties in een natuurlijke transitie richting een hybride cloud. "De bekende voordelen waarom nu nog vaak voor een public cloud omgeving wordt gekozen, kunnen dan ook on premise beschikbaar worden gemaakt maar dan als een privé cloud." De technologie om dit te doen is vandaag de dag al beschikbaar. "Als organisatie kun je zo veel adequater reageren op de behoefte die bij de business leeft. Zo kun je razendsnel nieuwe applicaties opleveren, op een kostenefficiënte manier, terwijl je daar tegelijkertijd minder kennis en kunde voor nodig hebt."
2. Alles moet naar de cloud
"Enkele jaren geleden hadden organisaties nog het idee dat ze in de toekomst alle applicaties naar de cloud wilden verplaatsen. Tegenwoordig wordt voor een selectievere aanpak gekozen", vertelt Van de Werken. "Dat gebeurt allereerst door een tussenstap in te lassen. Namelijk door de applicaties waar de business om vraagt in een hybride vorm te ontwikkelen." Dit betekent dat een applicatie zowel on premise als bij een cloud provider kan draaien. Je legt je hierdoor niet vooraf ergens op vast en behoudt keuzevrijheid.
"Pas in een later stadium kan zodoende besloten worden of een applicatie daadwerkelijk geschikt is om naar de cloud te gaan, of juist niet. Denk hierbij aan aspecten zoals de vereisten uit de SLA, compliancy en security-eisen en het kostenaspect." Het kan dus ook gebeuren dat men alleen naar de voordelen van de cloud op zoek is en de applicatie bij voorbaat in de privé-cloud van het eigen datacenter wil plaatsen. "Het gaat bedrijven vooral om de flexibiliteit die ze krijgen door voor een hybride model te kiezen. Dat is momenteel duidelijk een trend."
3. Je moet je beperken tot één cloud-leverancier
Als je als organisatie al gebruik maakt van een bepaalde cloud provider, is het laatste wat je wil dat een hybride cloud je beperkingen oplegt in wat je bij welke leverancier onderbrengt. Van de Werken: "Zodra je een hybride cloud strategie volgt, kun je nog steeds per workload bepalen welke cloud provider daar het beste bij past. De ene workload mag dus gerust in Microsoft Azure, terwijl je een andere bij Google Cloud onderbrengt en een derde bij Amazon Web Services neerzet."
Terwijl je een kritische workload juist in je eigen private cloud omgeving onderbrengt. "Zolang je de applicaties volgens het hybride model ontwikkelt, behoudt je applicatie mobility als ultieme vorm van flexibiliteit. Zo kun je altijd kiezen voor die omgeving waar een specifieke applicatie het beste tot zijn recht komt."
4. Versnippering en cloud lock-in
De vrijheid om per situatie te bepalen wat je on premises draait en wat je bij welke cloud provider onderbrengt, kan voor nieuwe uitdagingen zorgen. Want kun je dit uitgebreide landschap nog wel als één geheel managen en orchestreren? Van de Werken: "Door veel bedrijven wordt dit als een complex vraagstuk gezien, maar door er één platform van te maken, breng je al deze werelden bij elkaar en wordt het vanuit management en orchestratie perspectief gezien één geheel. Uiteindelijk moet alles in één overzichtelijk dashboard verzameld kunnen worden. Zodat altijd inzichtelijk is wat er waar gebeurt in de infrastructuur."
Vanuit het centrale platform kun je een applicatie als het ware met één muisklik in een bepaalde cloud omgeving plaatsen en er ook weer uit terughalen. Daar voorkom je dus meteen ook de zo gevreesde cloud lock-in mee. "Nu nog ontdekken organisaties vaak pas zodra ze een applicatie naar een andere cloud willen migreren of naar het eigen datacenter willen terughalen, dat dit enorm lastig is en lopen ze onverwachts tegen torenhoge kosten aan. De eerder genoemde applicatie mobility speelt een belangrijke rol bij het voorkomen van een lock-in."
5. Er zijn allemaal specialisten voor nodig
Organisaties verwachten dat een hybride omgeving ingewikkeld is en ze nieuwe specialisten moeten aannemen om het te beheren. "Het tegendeel is waar," vertelt van de Werken. "Management en orchestratie van zowel cloud omgevingen als een on premises private cloud werkt tegenwoordig enorm intuïtief." Daarnaast zorgen machine learning en kunstmatige intelligentie ervoor dat steeds meer zaken automatisch op slimme wijze worden gesignaleerd en geanalyseerd. "Daar heb je straks echt geen specialisten meer voor nodig. Hiermee til je de IT-omgeving naar een veel hoger niveau."
Dat is ook hard nodig, benadrukt van de Werken. "Want de business vraagt maar om één ding en dat is dat applicaties zo snel mogelijk worden opgeleverd. Agility is essentieel, want anders gaat de business zelf wel kijken naar de mogelijkheden die de cloud biedt en zit je voor je het weet met allemaal schaduw-IT opgescheept."
Reageer
Preview